Eetontwerper Marije Vogelzang laat zich voor haar nieuwste boek inspireren door Japanse bentoboxen. Met deze lunchtrommels trakteren Japanse moeders hun kroost op eten dat eruit ziet als een kunstwerkje.

Broodtrommelboek is veruit het leukste boek dat aansluit op het thema van de komende kinderboekenweek: ‘eten en snoepen in kinderboeken’. Het boek brengt moeders én vaders op ideeën om eens iets heel anders met de broodtrommel van de kids te doen. Wat te denken van een doggybag, om de restjes van het avondeten de volgende dag tot iets lekkers om te toveren? Of een regenboogtrommel, met voedsel in allerlei kleuren? Of een trommel met allerlei soorten balletjes?

Broodmonsters
De hand van Marije Vogelzang, zelf moeder, is zo duidelijk en aangenaam herkenbaar, al was het maar door haar eigenzinnige tekeningetjes. Ook zien we in de monsters van brooddeeg een variant op Vogelzangs eerdere eetontwerpen. Zij richt zich niet zoals vele fooddesigners op de presentatie van eten. Het gaat haar om de conceptuele kant, om de beleving van eten.

Soldeerbout
Voor een wortel met een boodschap heb je een schroefboormachine nodig, en voor een boodschap op een pitabroodje een soldeerbout. Maar wees gerust: de meeste hapjes voor in de broodtrommel maak je met simpele uitsteekrondjes, meloenbolletjesschep, dunschiller, een mes en vooral een beetje fantasie. Want die weet Vogelzang te prikkelen.

Kiwilolly
Haar originele hapjes, zoals een kiwilolly, laten zich ook goed op school uitdelen. En veel gerechtjes en objecten zijn ook leuk om samen met kinderen op verjaardagen te maken. De sierlijke ketting van bosbessen en druiven is subliem.

Eetbare liefde
Ieder kind [...] vindt het fijn als hij merkt dat iemand iets moois en lekkers voor hem heeft gemaakt. Want eten geeft niet alleen energie door de voedingsstoffen die erin zitten,’ schrijft Marije Vogelzang in de inleiding. ‘In Japan is de bentobox het symbool voor eetbare liefde.’ Die liefde zit ook in dit boek.

Marije Vogelzang, Broodtrommelboek, Uitgeverij Snor, 14,95 euro

© Zestz / Ronald de Nijs 2009